[vc_row][vc_column][vc_column_text css_animation=”fadeIn”]
ZELFBEELD
_____________________________
Psychologische astrologie stelt geen diagnoses want dat is voorbehouden aan de geestelijke gezondheidszorg en gaat uit van de waardering voor de psyché van elk mens zonder daar iets van te vinden of er conclusies uit te trekken.
De persoonlijkheid van een mens bestaat uit meerdere subpersonen die met elkaar “communiceren”, vaak onbewust. Ze zijn in een horoscoop terug te vinden en zo ook de manier waarop zij zich met elkaar verhouden, harmonisch of disharmonisch. Op deze manier kunnen psychische processen in kaart gebracht worden en bespreekbaar gemaakt worden.
In gesprek gaan we samen op zoek naar deze subpersonen en hoe zij op elkaar inwerken. Het doel is om bewustwording te verkrijgen op de onbewuste aspecten van deze processen en de invloed hiervan op je leven.
Zie ook onder het menu Wat is Bewustwording.
Karl Gustav Jung ( 1875-1961 ) Libido In Jungs opvatting wordt het gedrag van de mens in belangrijke mate bepaald door een algemene levensdrang die hij libido noemde. Hiervoor zag hij, en daarin verschilde hij sterk van inzicht met Freud, niet in de eerste plaats een seksuele oorsprong, maar eerder een religieuze (in de ruimste zin van het woord). Collectief onbewuste met archetypen Hij was van mening dat het wezen van de persoonlijkheid behalve door het persoonlijk bewustzijn ook, en grotendeels, gevormd wordt door wat hij het collectief onbewuste noemde, een als het ware epigenetisch overgeërfd deel van het onbewuste; een psychisch gebied, dat volgens zijn leer door alle vertegenwoordigers van een ras of soort wordt gedeeld. Hiervan uitgaande ontwikkelde Jung de leer van de archetypen. Deze archetypen, begrippen zoals de schaduw, de eeuwige jongeling, de boze geest, de held enzovoorts, zijn als het ware overgeleverde, functionele oer drijfveren of ‘ervaringsmodaliteiten’, die de persoonlijkheid van de mens structureren. Archetypen zijn mogelijkheden of neigingen om ons op een bepaalde manier te ontwikkelen. Zij drukken zich uit in beelden die veelvuldig te vinden zijn in onze dromen, maar evenzeer in sprookjes en mythen, en vormen het ervaringsmateriaal van elke religie. Jung lanceerde ook de opvatting dat archetypen aan de basis liggen van culturele ontwikkeling, op verschillende van elkaar gescheiden plaatsen in de wereld. Bepaalde overeenkomstige denkwijzen en denkbeelden zouden dus niet noodzakelijk alleen met fysische afstamming of volksverhuizing te maken hebben. Individuatie Het centrale doel van Jungs psychologie is het proces van de zelfverwezenlijking of individuatie. Naast het ‘ik’ of ‘ego’ onderkent Jung het zelf: een totaliteit om het ‘ik’ heen die zowel het bewuste als het onbewuste deel van de persoonlijkheid omvat. Dit onbewuste deel, het persoonlijk onbewuste dus, staat in contact met de dieperliggende laag van het collectief onbewuste, waarvan het persoonlijk onbewuste in wezen een verbijzondering, dus als het ware een bovenlaag is. Het collectief onbewuste is in principe onbegrensd, en de alleronderste lagen ervan zijn zelfs nooit bewust te maken. De realisatie van het zelf is een proces dat gekenmerkt wordt door de vereniging van tegenstellingen in de mens, zoals goed en kwaad, licht en schaduw, binnen en buiten. Typologie Jung is wellicht nog het meest bekend geworden door zijn typologie. In zijn boek Psychologische typen uit 1921 werkte hij vier basistypen van de menselijke persoonlijkheid uit. Hij stelde daarbij contrasterende functies tegenover elkaar: denken en voelen, perceptie (waarneming) en intuïtie, waarbij elke functie als het ware de pool is van een cirkel, die het zelf symboliseert. Een van die polen is bij elk basistype dominant, ze is onze ‘superieure functie’. Een bijkomende, belangrijke factor is of de psyche naar binnen (introvert) of naar buiten (extravert) is gericht. Ontwikkeling en heel wording Voor ontwikkeling en heel wording in de zin van het individuatieproces, is het volgens Jung nodig, dat men eerst de superieure functie ontwikkelt – dit is de belangrijkste psychische taak van onze jeugdjaren. Pas daarna, als de mens zijn bewustzijn in de buitenwereld heeft verankerd, staat het hem vrij om de overige functies te ontwikkelen. Daarbij zijn de zijwaartse polen als het ware de hefbomen, om het tegenoverliggende gebied, dat zich het meest in het onbewuste bevindt te ontwikkelen. Echter is het ons mensen niet gegeven om deze gebieden of functies volledig in het licht van het bewustzijn te doen baden of, in de terminologie van Jung, daarin te differentiëren. Men kan deze verlichte toestand slechts benaderen. Op de weg daarheen kan volgens Jung de analyse van dromen ons behulpzaam zijn, maar ook de analyse van onze schaduwfiguren, alsmede van onze onbewuste mannelijke of vrouwelijke tegenpool, de zg. animus bij vrouwen en de anima bij mannen. Door zich aldus bewust te worden van zijn eigen onderbewuste processen, kan de mens volgens Jung het heft van zijn leven pas werkelijk in handen nemen; hij hoeft zich dan niet langer te laten leiden door dat wat in het verleden is misgegaan. Nieuwe inzichten Jungs systeem is zo ingewikkeld, dat jaren van studie nodig zijn om de door hem ontwikkelde analytische psychologie te kunnen toepassen. Hij baseerde zijn leringen op zowel ervaringen in zijn klinische praktijk, als op de mythologie, de godsdienstpsychologie en zijn kennis van het vergelijkend symbolisme. Om inhouden van het collectief onbewuste op het spoor te komen, verdiepte hij zich onder andere jarenlang in de visionaire geschriften van de alchemisten, zoals Paracelsus, Dorneus, Zosimos en Maier, die hij grotendeels ontraadselde en wier beelden hij soms kon terugvinden in de visioenen van zijn patiënten. Zijn werk wordt, evenals dat van Freud, gekenmerkt door een groot aantal nieuwe concepten en principes, zoals het begrip synchroniciteit.De Zwitserse psychiater Jung had grote invloed op het gebied van de dieptepsychologie, de analytische psychologie en de godsdienstpsychologie.
[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]